cc-foto: Marc Wathieu

Hyena van de democratie

Het wordt nooit wat met de Europese democratie als tv-programma’s hun neus blijven ophalen voor Europese politici.

Het is een populaire gedachte dat we in een tijd leven van grote veranderingen. Maar als je eenmaal zo bejaard bent als ik (43) valt ook vaak het tegenovergestelde op: hoe weinig er eigenlijk verandert.

Twintig jaar geleden schreef ik mijn afstudeerscriptie over de lage opkomst bij de Europese verkiezingen van 1999. Op 10 juni van dat jaar ging 29,9 procent van de kiesgerechtigden naar de stembus. Nog altijd een Nederlands diepterecord.

Voor die lage opkomst waren tal van redenen – genoeg om 150 pagina’s mee te vullen, inclusief 46 pagina’s met tabellen die moesten suggereren dat hier sprake was van serieuze wetenschap, al word ik er zelf inmiddels nauwelijks meer wijs uit – maar de belangrijkste was toch wel dat geen normaal mens wist wat die Europarlementariërs daar in Brussel en Straatsburg allemaal uitspookten. Behalve dan dat ze zo af en toe te veel of foutief declareerden. Daar was ook toen al veel aandacht voor. Niet voor niets luidde de titel van mijn scriptie: ‘Ga stemmen op de zakkenvuller van uw keuze’.

Spilzieke sjoemelaars
Hoe die zakkenvullers heetten, wist geen hond. Het was zelfs zo droevig gesteld met de bekendheid van de Nederlandse Europarlementariërs dat het voorlichtingsbureau van het Europees Parlement ruim 100.000 gulden betaalde aan de publieke omroep Tros om acht parlementsleden te laten deelnemen aan het televisiespelletje Triviant.

Het bleek geen gelukkige investering. Hoewel het voorlichtingsbureau een deel van de vragen nota bene zelf had ingestoken, verloren alle (!) Europese koppels. De ton voor de Tros bevestigde menigeen bovendien in de overtuiging dat Brussel louter wordt bevolkt door spilzieke sjoemelaars. ‘Kunnen ze wel, van onze CENTEN?’, luidde de kop in De Telegraaf. Ook aan de Basisweg is de afgelopen twintig jaar maar weinig veranderd.

Politieke fijnproevers
“Een van de belangrijkste redenen waarom burgers niet gaan stemmen is de geringe media-aandacht voor het Europees Parlement”, concludeerde ik in 1999. Vooral de televisiejournalistiek liet het afweten – voor mensen als Frits Bolkestein, Lennart Booij en Erik van Bruggen destijds reden om te pleiten voor een wekelijks tv-programma over Europese politiek.

Hoe dat afliep, is bekend. Brussel Deze Week kwam er niet. Met als gevolg dat ook anno 2019 alleen de politieke fijnproevers weten wie er in het Europarlement zitten.

Uit onderzoek van I&O Research bleek begin deze maand dat de sociaaldemocratische Spitzenkandidaat Frans Timmermans de enige kandidaat is met een grote naamsbekendheid (69 procent), zij het dat ook 10 procent van de VVD-achterban meent dat hij hun lijsttrekker is. Dat dat in werkelijkheid Malik Azmani is, is slechts bij 8 procent van de Nederlanders bekend. De meeste andere lijsttrekkers scoren eveneens onder de 10 procent.

Kijkcijferjacht
Er is de afgelopen dagen veel te doen geweest over Pauw omdat dat programma Mark Rutte woensdag laat debatteren met Thierry Baudet. Waarom biedt een voormalige arbeidersomroep daags voor de verkiezingen zendtijd aan de leiders van een rechtse partij en een nog rechtsere partij? En waarom wordt er de suggestie gewekt dat er sprake is van een tweestrijd tussen de VVD en FvD, terwijl de meeste kiezers op donderdag helemaal niet op een van die twee partijen zullen stemmen?

Terechte kritiek, al is het allertreurigste natuurlijk dat Pauw in zijn kijkcijferjacht zelfs op de avond voor de Europese verkiezingen twee nationale politici de degens laat kruisen.

Met dergelijk gastenbeleid ben je niet de waakhond maar de hyena van de democratie.

Dit artikel verscheen eerder op Joop. cc-foto: Marc Wathieu


Geplaatst

in

door

Tags: